Marijke Gordijn is mede-auteur van een studie die onderzoekt hoe ambulante metingen kunnen helpen bij het schatten van de fase en periode van de menselijke circadiane klok.

Licht is de meest krachtige tijd keu die de circadiaanse pacemaker synchroniseert met de 24-uurs zonnecyclus. Dit begeleidingsproces is een wisselwerking tussen de dagelijkse lichtperceptie van een individu en de intrinsieke pacemakerperiode onder vrijloopomstandigheden. Het vaststellen van individuele schattingen van circadiane fase en periode kan tijdrovend zijn. We tonen aan dat de circadiane fase nauwkeurig kan worden voorspeld (SD = 1,1 uur voor dim light melatonine onset, DLMO), door gebruik te maken van 9 dagen aan ambulante lichts- en activiteitendata in Kronauer’s grenscyclusmodel voor het menselijke circadiane systeem. Deze aanpak geeft ook een geschatte circadiane periode van 24,2 uur (SD = 0,2 uur), met langere perioden die resulteren in latere DLMO’s. Een grotere hoeveelheid blootstelling aan daglicht leidde tot een vervroegde DLMO. Personen met een lange circadiane periode lieten ook kortere intervallen tussen DLMO en slaaptiming zien. Wanneer een op een veldstudie gebaseerde schatting van tau kan worden gevalideerd door middel van laboratoriumstudies in een groot aantal individuen, kunnen de voorgestelde methoden essentiële instrumenten zijn voor geïndividualiseerde chronotherapie en lichte behandeling voor ploegediensten en voor jetlagtoepassingen. Deze methoden kunnen ons begrip van de fundamentele eigenschappen van menselijke circadiane ritmes onder de dagelijkse levensomstandigheden verbeteren.

 

http://DOI: 10.1177/0748730417696787